"Ooit liep ik in de valkuil van de noodzaak te laten zien wie ik was en wat ik (aan)kon."
Hard werken, doorgaan, volhouden, niet bij de pakken neerzitten maar hup die schouders eronder. Dit is mij met de paplepel ingegeven en was ook wat ik anderen om mij heen zag doen. Maar met dat doorgaan en volhouden nam mijn plezier in het leven af. Tegelijk ontstonden hier ook mijn eerste gezondheidsklachten, al kon ik dat op dat moment nog niet zien. Op een gegeven moment voelde alles als een verstikkende jas en ik wilde niets liever dan die jas uittrekken. Mij ontdoen van alles wat te veel was, van alles wat ik niet was, wat ik niet wilde doen, wie ik niet langer wilde zijn.